Zo rijk 

Beeld je het volgende even in: De meest aanstekelijke lach uit de mond van een Antiliaans-Rotterdamse schat van een vrouw.

Daarbij krijg je een glunderend gezicht, grijzend kroeshaar en een knipogende gouden tand. Laten we haar Audrey noemen. In #kleinrdam wordt nooit iemands echte naam gebruikt.

Audrey (57) is vrijwilliger-plus bij ons in de keuken. Ze geeft leiding over verschillende dagdiensten en  is trouw en voorspelbaar. Zij is in Nederland bij een grote zorginstelling vrijwilliger geweest in keuken en restaurant, totdat die kassa voor de laatste keer rinkelde en ze vriendelijk bedankt werd voor haar inzet. Hierna is Audrey bij hotspot hutspot gekomen. Dit was wel even wennen, want van een maaltijd in een kunststof bakje met drie vakjes, even ontdooien en opwarmen in de oven, werkt Audrey nu bij ons met meer verse ingrediënten dan voorheen en is kant-en-klaar verleden tijd. Met goede smaak, een prettige manier van leidinggeven en fijn kookinzicht, heeft Audrey dit moeiteloos opgepakt.

Een aanpakker, met een kneiterwarm hart. Geen ratelende kletser, maar een stille kracht die zorgt dat een mooi gerecht op tijd geserveerd kan worden.

Toch heeft Audrey eigenlijk helemaal geen instelling of organisatie nodig om voor anderen bezig te zijn. Langer dan 28 jaar geleden, want zo lang is ze nu in Nederland, ving ze het ene na het andere kind op op Curaçao. Als ouders geen geld hadden, of geen stabiele omgeving konden geven. Als ouders moesten werken, of kinderen gewoon een plek nodig hadden om gezond te eten of goed te slapen. Ze moet nog maar eens een fotoboek laten zien hoe ze dat deed en hoe gezellig vol het er bij haar thuis uitzag. Hoe ze dit betaalde is ook een raadsel, want ze heeft hier voornamelijk zelf in geïnvesteerd. Zou haar salaris van het schoonmaakwerk in hotels en haar baantje in een snackbar hier voor een groot gedeelte aan op zijn gegaan?

Toen kwam ze naar Nederland met haar zus. Het lijkt net of er een rilling over haar rug loopt, want ze weet nog hoe koud het was. Ze kende de taal helemaal niet goed, maar kwam hier al snel in contact met oude bekenden, die haar op weg hielpen. En wat ze toen ging doen ligt bijna voor de hand. Gewoon waar ze goed in is: opvangen en ondersteunen en de deur opengooien voor wie bij Audrey in haar nest weer op wil warmen. Hier een maaltijd, daar een bedje, voor haar een jasje en voor hem nieuwe schoenen en een kopje thee. Hoeveel kinderen ze ooit heeft mogen helpen, weet ze echt niet meer. Even de ouders ontlasten en waar mogelijk bijsturen.

Laatst kwam ze een van die kleintjes uit Curaçao tegen, midden in Rotterdam. Wat een flinke kerel was dat geworden. Ze had hem dus al meer dan 28 jaar geleden voor het laatst gezien, maar ze herkenden elkaar meteen. “Ook Nederlandse jongens en meisjes hoor”, zegt ze. “Een van die Nederlandse jongens gaat binnenkort trouwen.” Lachend zegt ze: ”Ik wil een kasteel vol met kinderen, dan ga ik nooit meer koken en zorg ik dat ze om de beurt voor mij zorgen.”  Een lach van Audrey en iedereen in de nabije omgeving begint mee te stralen.

Afgelopen zomervakantie kwam er een leuke jongen van een jaar of elf met haar mee om te helpen bij hotspot hutspot, haar kleinzoon. Nou ja, voor het gemak noemde ze het maar haar kleinzoon, want eigenlijk is zijn vader een zoon van haar zus. Een ander familielid kwam ooit vragen of zij zijn kind een beetje op de rit kon krijgen: “Alleen als jijzelf je best gaat doen om iets van je leven te bakken!” Was haar strenge antwoord. En dat heeft geholpen, want die neef is nu na opleidingen en verschillende baantjes als jongerenwerker aan de slag in de buurt van het Centraal Station. Zo ziet Audrey het graag. Helpen tot iemand het zelf kan en dan loslaten. Ondertussen heeft ze door wat er in de keuken gebeurt en loopt ze weg om de pan van Jason te controleren op kwaliteit en hem verder op weg te helpen.

Zonder kasteel is ze al meer dan tevreden. Haar laatste vakantie was 10 jaar geleden, naar Willemstad. Volgend jaar hoopt ze weer te gaan. Ze heeft in Rotterdam haar appartementje, haar vrijwilligerswerk en haar dochters en kleindochters in Hoogvliet. Er zit geen klontje klagen of teleurstelling in haar verhalen. ‘s Avonds kookt ze thuis voor zichzelf, maar regelmatig wordt ze in haar flat op de zevende etage bij vrienden uitgenodigd om mee te eten. Vanavond niet: ze gaat naar haar dochter om te helpen met verfwerk in huis. En morgen ook niet, want dan gaan ze met een groepje ex-vrijwilligers van de eerder genoemde zorginstelling uit eten. Regelmatig eten ze nog samen aan een tafel voor 10 personen.

Wie weet of haar kleine grote droom nog uit gaat komen: Een eethuisje. Ze zou een duwtje en wat hulp kunnen gebruiken om dit te ondernemen, maar het zou er gezellig zijn, het eten lekker en vast niet duur. Audrey is tenslotte tevreden met genoeg. Zo rijk kom je ze niet elke dag tegen.